Nokia N93i - Spraakoproepen

background image

Spraakoproepen

Tip! Druk op

om het volume tijdens een gesprek

harder te zetten of op

om het volume zachter

te zetten.

U kunt spraakoproepen plaatsen in de opengeklapte
modus en de weergavemodus. Zie ’Modi’ op pag. 13.

1

Als u een spraakoproep wilt starten, voert u in
de opengeklapte modus het telefoonnummer in,
inclusief het netnummer. Druk op

als u een

nummer wilt verwijderen.
Voor internationale gesprekken drukt u tweemaal
op

voor het teken + (duidt de internationale

toegangscode aan), kiest u vervolgens het landnummer,
het netnummer (eventueel zonder voorloopnul) en het
abonneenummer.

2

Druk op

om het nummer te bellen.

3

Druk op

om de cover te sluiten en het gesprek

te beëindigen (of de oproep te annuleren).

Als u op

drukt, wordt een gesprek altijd beëindigd,

ook als een andere toepassing actief is.

Als u wilt bellen vanuit

Contacten

, drukt u op

en selecteert u

Contacten

. Ga naar de gewenste naam

of voer in het zoekveld de eerste letters van de naam in.
De gevonden namen worden getoond. Duk op

om een nummer te kiezen. Selecteer het oproeptype

Spraakoproep

.

U moet de contactpersonen kopiëren van de SIM-kaart
naar

Contacten

voordat u op deze manier kunt bellen.

Zie ’Contactgegevens kopiëren’ op pag. 62.

Houd

ingedrukt in de stand-by modus als u uw

voicemailbox (netwerkdienst) wilt bellen. Zie ook
’Doorschakelen’ op pag. 137.

Tip! Als u het nummer van uw voicemailbox wilt

wijzigen, drukt u op

en selecteert u

Instrum.

>

Voicemail

>

Opties

>

Nummer wijzigen

. Voer het

nummer in (dit krijgt u van de serviceprovider)
en selecteer

OK

.

Als u een recent gekozen nummer wilt bellen in de
stand-by modus, drukt u op

. Ga naar het gewenste

nummer en druk op

om het nummer te bellen.

background image

Bellen

66

Een conferentiegesprek voeren

1

Bel de eerste deelnemer.

2

Als u de volgende deelnemer wilt bellen, selecteert
u

Opties

>

Nieuwe oproep

. Het eerste gesprek

wordt automatisch in de wachtstand geplaatst.

3

Als de nieuwe oproep wordt beantwoord, kunt u de
eerste deelnemer in het conferentiegesprek opnemen.
Hiervoor selecteert u

Opties

>

Conferentie

.

Herhaal stap 2 om de volgende deelnemer aan
het gesprek toe te voegen en selecteer

Opties

>

Conferentie

>

Toev. aan confer.

Conferentiegesprekken tussen maximaal zes
deelnemers (inclusief uzelf) worden ondersteund.
Als u een privé-gesprek wilt voeren met een van
de deelnemers, selecteert u

Opties

>

Conferentie

>

Privé

. Selecteer een deelnemer en selecteer

Privé

.

Het conferentiegesprek wordt in de wachtstand
geplaatst. De andere deelnemers kunnen ondertussen
met elkaar doorpraten. Als u het privé-gesprek hebt
beëindigd, selecteert u

Opties

>

Toev. aan confer.

om terug te keren naar het conferentiegesprek.
Als u een deelnemer uit het conferentiegesprek wilt
verwijderen, selecteert u

Opties

>

Conferentie

>

Deelnemer verwijd.

. Blader vervolgens naar de

desbetreffende deelnemer en selecteer

Verwijd.

.

4

Druk op

om het actieve conferentiegesprek

te beëindigen.

Bellen met een snelkeuzetoets

Als u snelkeuze wilt activeren, drukt u op

en selecteert

u

Instrum.

>

Instell.

>

Bellen

>

Snelkeuze

>

Aan

.

Als u een telefoonnummer wilt toewijzen aan een van
de snelkeuzetoetsen (

), drukt u op

en selecteert

u

Instrum.

>

Snelkeuze

. Ga naar de toets waaraan u het

telefoonnummer wilt toewijzen en selecteer

Opties

>

Toewijz.

.

is gereserveerd voor de voicemailbox.

Als u wilt bellen in de stand-by modus, drukt u op de
snelkeuzetoets en vervolgens op

.

Spraakgestuurd bellen

Het apparaat ondersteunt uitgebreide spraakopdrachten.
Uitgebreide spraakopdrachten zijn niet afhankelijk van
de stem van de spreker. U hoeft dus niet op voorhand
spraaklabels op te nemen. In plaats daarvan maakt het
apparaat een spraaklabel voor de contactgegevens
en vergelijkt het ingesproken spraaklabel daarmee.
De spraakherkenning in het apparaat past zich aan
de stem van de hoofdgebruiker aan, zodat de
spraakopdrachten beter worden herkend.

Het spraaklabel voor een contactpersoon is de naam of
bijnaam die op de contactkaart is opgeslagen. Als u het
samengestelde spraaklabel wilt beluisteren, opent u een
contactkaart en selecteert u

Opties

>

Sprklabel afspelen

.

background image

Bellen

67

Bellen via een spraaklabel

Opmerking: Het gebruik van spraaklabels kan

moeilijkheden opleveren in een drukke omgeving
of tijdens een noodgeval. Voorkom dus onder alle
omstandigheden dat u uitsluitend van spraaklabels
afhankelijk bent.

Wanneer u spraakgestuurd bellen gebruikt, wordt de
luidspreker gebruikt. Houd het apparaat op een korte
afstand als u het spraaklabel inspreekt.

1

Als u spraakgestuurd bellen wilt starten, houdt u in
de stand-by modus de rechterselectietoets ingedrukt.
Als u een compatibele hoofdtelefoon gebruikt met de
toets voor de hoofdtelefoon, houdt u de toets voor de
hoofdtelefoon ingedrukt als u spraakgestuurd bellen
wilt starten.

2

U hoort een korte toon en de tekst

Spreek nu

wordt

weergegeven. Spreek duidelijk de naam of bijnaam
uit van de persoon zoals deze op de contactkaart
is opgeslagen.

3

Het apparaat speelt een samengesteld spraaklabel af
voor de herkende contactpersoon in de geselecteerde
apparaattaal en geeft de naam en het nummer
weer. Na een time-out van 2,5 seconde wordt het
nummer gekozen.
Als de herkende contactpersoon niet correct is,
selecteert u

Volgende

als u een lijst met andere

overeenkomsten wilt bekijken of

Stoppen

als

u spraakgestuurd bellen wilt annuleren.

Als onder één naam meerdere nummers zijn opgeslagen,
wordt het standaardnummer geselecteerd als dit is
ingesteld. Anders wordt het eerste beschikbare nummer
uit de volgende nummers geselecteerd:

Mobiel

,

Mobiel (thuis)

,

Mobiel (werk)

,

Telefoon

,

Telefoon (thuis)

en

Tel. (werk)

.